De Kameroense Vuurdoop Deel 1
Door: Emmeline
Blijf op de hoogte en volg Emmeline
25 Oktober 2018 | Kameroen, Bertoua
Na het schrijven van mijn laatste blog ben ik naar mijn geliefde Nederland afgereisd en heb ik in een razend tempo in zes dagen tijd gedag gezegd tegen het grote gedeelte van mijn familie en vrienden. Enorm gezellig, maar ook kapot vermoeiend om uur na uur van afspraak naar afspraak te sjezen. Moe maar voldaan strompelde ik tevreden de trein in terug naar Berlijn. Het privilege van een nieuw bestaan in het buitenland opbouwen vraagt om een stevig en warm netwerk in het thuisland, zonder deze basis is emigreren niet mogelijk heb ik gemerkt.
Eenmaal terug in Berlijn had ik een prachtig afsluitingsweekend met Alexandra en Berlijnse vrienden. Het zomerse weer maakte het mogelijk om nog een keer lekker in het park te liggen om een boek te lezen, heerlijk buiten te eten en voor voorlopig de laatste keer buiten in de tuin te dansen in een heerlijke Berlijnse club. Na het weekend was het tijd om de sleutel van mijn kamer over te geven aan de nieuwe onderhuurster, Berlijn voorlopig gedag te zeggen en ietwat nerveus mijn Afrikaanse avontuur in te duiken.
Dat ik als een Alice in Wonderland tollend naar beneden een nieuwe wereld binnen zou duikelen was me van tevoren wel duidelijk geworden, maar omdat ik nog nooit in een Afrikaans land geweest ben kon ik me nauwelijks een voorstelling maken van hoe het hier zou zijn. Ondertussen weet ik dat zelfs voor de doorgewinterde reiziger Kameroen een behoorlijke vuurdoop is. Het land kent niet tot nauwelijks vormen van toerisme en westerse reizigers vormen hier een hoogst bijzondere uitzondering. Dat maakt het verblijf in Kameroen tot een hele zeldzame en bijzondere ervaring, maar dat maakt de bestemming ook tot een plaats off the beaten track met alle bijkomende moeilijkheden van dien waar jullie alles over gaan lezen in de volgende blogs.
Eenmaal geland op het vliegveld van Yaoundé stonden bij de uitgang van het vliegveld zusters in witte jassen op de passagiers te wachten om onze vaccinatieboekjes te controleren. In het vliegtuig heb ik de lijst van gruwelijk enge ziektes doorgenomen die je in Afrika allemaal kan oplopen dus erg verbaasde het me niet. Omdat ik al mijn inentingen op orde had mocht ik doorlopen en werd mijn paspoort door een douanebeambte gecontroleerd. Ik had een vragenvuur verwacht over wat ik hier allemaal kwam doen als witte westerse vrouw, maar in plaats daarvan mocht ik zo doorlopen. Aangekomen bij de bagageband kon ik zonder moeite mijn tassen van de band vissen, die ongedeerd braaf op me lagen te wachten. Men mag twee tassen van 23 kg meenemen naar Kameroen, vermoedelijk omdat veel Afrikanen hele weeshuizen aan spullen van Europa naar Afrika importeren omdat veel producten in Afrika niet te verkrijgen zijn. Ook ik heb mezelf bepakt met een compleet noodpakket aan eten en drinken inclusief een uitgebreid overlevingspakket voor als ik ziek word. Dat ik het verschrikkelijk overdreven heb is me ondertussen wel duidelijk geworden, want veel dingen die ik in mijn tas heb gestopt (spaghetti voor als het lokale eten mijn neus uitkomt, genoeg koffie en thee voor een hele maand, mueslirepen voor als ik zonder eten kom te zitten, ontbijtbeleg en havermout) zijn hier gewoon te verkrijgen, al zijn dit voor Kameroense mensen pure luxeproducten. Enfin, ik ben in ieder geval op het ergste voorbereid en ik heb genoeg cup á soup en crackers bij mij om minimaal drie heftige koortsaanvallen prima op te overleven.
Voor de eerste nacht in Yaoundé had ik een hotel geboekt en de chauffeur van het hotel stond al op me te wachten toen ik het vliegveld uitstapte. Onderweg genoot ik van alle indrukken die langs me heen vlogen. Iedereen leeft in Kameroen op straat, overal staan plaggenhutjes die dienen als cafés en restaurantjes met gammele stoeltjes en tafeltjes ervoor. Op elke straathoek schalt reggae of hiphop muziek uit verweerde speakers en overal hangen mensen aan de straatkant met een biertje of dansen langs de kant van de weg op de keiharde muziek. Het hotel was shabby maar prima voor een nacht, hoewel ik niet erg veel geslapen heb door de harde muziek beneden in het hotel en de drukkende warmte van de hotelkamer door de kapotte ventilator.
De volgende morgen werd ik opgehaald door Nora, die vanuit Yaoundé voor de Hope Foundation werkt. Nora is van oorsprong Anglophone en is opgegroeid in het noorden van Kameroen. Ze is zeven jaar geleden weggetrokken voor de onrust in het noorden en heeft sindsdien met haar familie in Yaoundé een nieuw bestaan opgebouwd.
Een klein geschiedenislesje voor een beetje context over Kameroen. Het land werd voor het eerst ontdekt door Portugese ontdekkingsreizigers in 1472. Tot de 17de eeuw hadden Nederlandse, Portugese en Engelse slavendrijvers hier veel invloed. In 1884 werd de Engelse overheersing overgenomen door Duitsland en werd het land officieel tot een Duitse kolonie uitgeroepen. Na de eerste wereldoorlog werd vervolgens het land opgedeeld in een noordelijk Brits deel en een zuidelijk Frans deel. Het land verkreeg soevereiniteit in 1958 maar de onafhankelijkheid werd pas in 1960 officieel vastgelegd.
De onrusten die momenteel in het land spelen hebben te maken met de huidige presidentsverkiezingen, die twee weken geleden hebben plaatsgevonden. President Biya regeert het land al meer dan 35 jaar en gaat zeer waarschijnlijk als winnaar uit de bus komen (de stemmen zijn na twee weken nog steeds niet allemaal geteld). Dit tot veel onvrede onder de Kameroense bevolking. Veel mensen willen vooruitgang en ontwikkeling, maar in plaats daarvan gaat het land, onder de regeerperiode van Biya, al decennia gebukt onder armoede en corruptie zonder dat er enige vooruitgang in de ontwikkeling van het land lijkt te zitten. Ook spelen er conflicten in het noorden van het land, waar terreurgroep Boko Haram vanuit Nigeria de grens met Kameroen is overgetrokken. Datzelfde noordelijke gedeelte schommelt op de rand van een burgeroorlog tussen de Anglophones en de Francofones. In 1972 werden de twee delen van Kameroen samengevoegd door een centrale republiek, een beslissing die tot veel onvrede onder de Engelse Anglophones heeft geleid. Zij voelen zich door de Francophones gediscrimineerd en tot tweederangs burgers bestempeld omdat de Francophones de gang van zaken in het land bepalen.
De dreigende onrust in het noorden drukt natuurlijk een stempel op mijn verblijf hier en maakt de reis in Kameroen anders dan andere reizen, maar gelukkig is het noorden meer dan een dag reizen met de bus verwijderd en begeef ik me alleen in het oosten van Kameroen, in het Franse deel, waar het relatief stabiel is momenteel en waar je in het dagelijks leven hier, buiten het feit dat er hier veel vluchtelingen uit het noorden wonen, weinig van de spanningen in het noorden meekrijgt.
Nora bracht me naar het busstation en samen namen we de bus naar Bertoua, zo’n 345 km van Yaoundé verwijderd (een busreis van zo’n zes uur). We konden het zo goed met elkaar vinden dat ze de twee dagen erna eigenlijk nauwelijks van mij zijde is geweken en ondertussen heb ik met haar mijn eerste Kameroense vriendschap gesloten. Ik ben haar eerste witte vriendin, wat voor mij in het begin een bizar idee was. Dat er nog meer absurde ervaringen zouden volgen (en nog zullen volgen) bleek al snel. Wie denkt in het leven alles al voor een eerste keer beleefd te hebben moet beslist een reis door Kameroen maken, veel nieuwe eerste ervaringen gegarandeerd. Zo moet ik eerlijk toegeven dat ik in het begin wel even moest slikken toen ik als enige blanke in de bus naar Bertoua zat.
Ook voor de busreis naar Bertoua had ik me op het ergste voorbereid. Ik zag mezelf al 345 km gaan over een hobbelige zandweg terwijl ik mijn hoofd, kotsmisselijk van wagenziekte, continue in een plasticzak moest verbergen om niet de hele bus te bevuilen. Gelukkig bleek die verwachting ongegrond, want er was zowaar een soort van geasfalteerde snelweg en uit de rijkunsten van de buschauffeur maakte ik op dat hij op zijn minst een aantal rijlessen gehad moest hebben. Ik vond het allemaal mega vlot gaan. Rond kwart over tien kwamen we aan bij het busstation en nog geen half uur later waren we op weg naar Bertoua. Net op weg vertelde Nora me dat we in de bus zaten van zes uur s ’ochtends (!). Bussen rijden hier niet volgens tijdschema’s, maar vertrekken gewoon op het moment dat er genoeg buskaartjes zijn verkocht. Time is not money in Africa.
Heelhuids kwamen we aan in Bertoua en werden we opgehaald door een kennis van de Hope Foundation. Voordat ik kon tegensputteren werd ik met bagage en al op een motor gehesen en reden we, drie motors achter elkaar aan, naar het huis van de familie van Bobby, de oprichter van de Hope Foundation. Ik vind het wel een grappig idee hoe je je thuis altijd voorneemt om op reis geen enkel onnodig risico te nemen, zo heb ik mezelf voorafgaand aan mijn reis gezworen niet achterop motors te klimmen omdat ik er een gruwelijke hekel aan heb de controle uit handen te moeten geven, maar hoe je toch altijd weer op een reis buiten de gebaande paden binnen een dag al je principes over boord moet gooien om jezelf staande te kunnen houden in een maatschappij die in het niets lijkt op de comfortabele omgeving die je gewend bent.
Aangekomen bij het huis van Bobby’s moeder werden we in een stoel gedropt en moesten we zo’n twee uur wachten totdat we werden opgehaald door Bobby. In Kameroen is gastvrijheid een hoog goed, en al snel kregen we dan ook een echte Kameroense maaltijd voorgeschoteld. Rijst met gekookte vis in een ondefinieerbare saus waar nou niet bepaalt het water me van in de mond ging lopen. Ik zag mezelf al met vreselijke buikkrampen in bed liggen, maar omdat eten weigeren hier als erg onbeleefd wordt beschouwd begon ik met tegenzin aan mijn overheerlijke maaltje. Ondertussen heb ik vastgesteld dat het, ondanks dat hygiënische plekken in Kameroen een zeldzaamheid zijn, het of wel meevalt met aantal ziektekiemen hier dan ik aanvankelijk had gedacht óf dat mijn maag door al mijn gemaakte reizen een stalen schild heeft ontwikkeld tegen ongewenste indringers want ik ben -godzijdank- nog niet ziek geweest noch heb ik erge buikpijnen gehad.
Nora was met mij meegekomen omdat ze in Bertoua werk voor de Hope Foundation zou gaan verrichten, waardoor ik in de veronderstelling was dat ze veel afspraken hier gepland zou hebben. Uiteindelijk bleek er geen werk hier voor haar te zijn en was ze eigenlijk voor niets naar Bertoua gekomen. Zodoende is ze drie dagen niet van mijn zijde geweken en had ze alle tijd om mij te helpen alles hier te organiseren. Ik heb nu al door dat dit de normaalste gang van zaken is in Kameroen. Mensen doen hier alsof ze het verschrikkelijk druk hebben, maar even later blijkt dan dat er niets gedaan is of dat er toch geen werk blijkt te zijn. Nogmaals, tijd en geld zijn hier twee verschillende losstaande dingen…
-
10 Juni 2019 - 17:36
Steven Van De Raadt:
Een stel idioten die in een van de ergste landen ter wereld verkeren. Overal worden dorpen afgebrand, mensen het belen onmogelijk gemaakt, Engelstalige ziekenhuizen overvellen en hulpverleners gedood, en dit stel is zo oliedom zo'n afschuwelijke dictatuur te tolereren. Droevig!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley